Classificaties.

Prettig is het dat wij een nieuwe publicatie hebben over chroniciteit bij kanker, maar evengoed over de dood en het leven. Hoewel er door toenemende diagnostiek ook binnen het medisch vakjargon veranderingen blijven bestaan in het stadiëren van kanker, schreven wij in deze publicatie over de beleving van patiënten. Over een niet meer te genezen vorm van kanker die steeds chronischer wordt en hoe patiënten dit traject percipiëren. En verder: Dat het afhankelijk is van hoe ziek een patiënt zich voelt, in hoe zij hun ziekte ervaren en benoemen.

Het laat tevens zien hoe belangrijk het is om als zorgverlener optimistisch te blijven en daarmee het welzijn van patiënten een positieve boost te kunnen geven gedurende een ziektetraject. Dat voor veel patiënten die een niet meer te genezen vorm van kanker hebben, de term chronisch een welkome term is, lijkt logisch. Wanneer we het met andere ziektes vergelijken die ook onder chronische ziekten vallen (RIVM classificaties), lijkt dit niet meer dan terecht. En wanneer de dood steeds meer in beeld komt verandert dat als vanzelf wel op het juiste moment naar palliatief.

Wat wij met ons artikel dus vooral beogen is hier geen wetenschappelijke discussie van te maken: Het welzijn van een patiënt staat voorop. Als een patiënt weet dat een bepaalde vorm van kanker niet meer volledig weg te halen is (wat overigens ook niet altijd klopt; mensen kunnen soms nog volledig genezen), maar dat zij nog jaren op deze wijze doorleven kunnen en zich daarom prettiger voelen bij de term chronisch in plaats van palliatief, dan lijkt dat om heel veel redenen invoelbaar en terecht.

Binnen de hematologie is hiervan al veel langer sprake, net zoals dat geldt voor andere ernstige ziekten met een niet oncologische oorsprong. Doordat er door geneesmiddelen ontwikkelingen steeds langere en van hogere kwaliteit overlevingen kunnen worden waargenomen, betekent dat simpelweg dat we ook (zeker bij kankers met een relatief goede prognose) niet meer direct over het naderende sterven praten hoeven en moeten gaan. In ieder geval niet iedere dag en tijdens ieder consult.

Dat is tenslotte ook een van de redenen dat er geneesmiddelen worden ontwikkeld in deze ziektefase: om nog langer door te kunnen leven.

Previous
Previous

Langer leven.

Next
Next

Medicatie.